Als kind heb ik nooit gebiecht. In de tijd waarin ik opgroeide, was dat al niet meer de gewoonte. Sterker nog: veel mensen waren blij dat ze van het verplichte biechten af waren. Als middelbare scholier wilde ik het toch graag een keer beleven. Ik begon erover met de pater van wie ik catechese had en die zei me dat ik welkom was bij hem thuis op een zaterdagochtend. Maar ja, ten eerste: hoe kom ik daar en ten tweede, hoe vertel ik het mijn ouders… Biechten, dat deed je niet meer! Het is er in die tijd dan ook niet van gekomen en uiteindelijk heeft het tot mijn veertigste geduurd voordat ik een priester opzocht om alles waar ik mee worstelde hardop uit te spreken. Het voelde als een bevrijding! Niet alleen was er een last van mij afgevallen, maar ik voelde mij ook gezien, gezien door God. Daarna ben ik vaker gaan biechten, maar telkens was dat ofwel in een kamer in een abdij, ofwel bij een priester thuis ofwel bij mij thuis. Een biechtstoel, ik wist wat het was, maar ik zat er nooit zelf in. Nu ik priester ben, gebeurt het weleens dat iemand bij mij wil biechten. Maar daarbij heb ik tot nu toe nooit van een biechtstoel gebruik gemaakt. Dat zal in Hoogwoud en Obdam en in onze andere kerken ook niet gemakkelijk zijn, want de biechtstoelen, voor zover ze er nog zijn, hebben een andere functie gekregen. Ik neem de biecht dus af in een kamer in de pastorie of in een sacristie of een dagkapel en dat bevalt mij goed, maar enkele weken geleden ben ik toch op andere gedachten gekomen. Op donderdag 8 september moest ik biecht horen bij Onze Lieve Vrouw ter Nood in Heiloo. Er was geen andere priester die dat die dag kon doen, en dus werd een beroep gedaan op mij…  En zo kwam ik terecht in één van de vier biechtstoelen die daar zijn en kwamen er biechtelingen aan de andere kant van het roostertje te zitten… Wat ik als biechteling zelf nooit had meegemaakt, overkwam mij nu als biechtvader. En wat was het goed! Geconcentreerd spreken en luisteren zonder door wat dan ook te worden afgeleid. Wat ging dat goed daar! De kapel waar al zoveel gebeden wordt, doet natuurlijk ook mee om de goede stemming te krijgen, een opgewekte stemming waarbij de Heilige Geest de ruimte krijgt om te waaien waar Hij wil. Biechten in de biechtstoel, veel parochianen doen er lacherig over, maar voor mij was het een eye-opener en voor de biechtelingen, die hier anoniem hun zonden konden belijden, gaf het verlichting. Het is de genade van God die de vergeving tot stand brengt. De Kerk speelt daarin een bemiddelende rol. Zij is als een goede moeder die mensen en God en ook mensen onderling tot elkaar brengt. Dat steeds meer mensen dat mogen ontdekken.  Laten we daarvoor bidden. En mocht u zelf bij mij willen komen biechten, dan hoeft dat natuurlijk niet in een biechtstoel. Dat kan trouwens niet eens! In Heiloo kan dat wel, daar is door de week elke dag een priester beschikbaar. Van harte aanbevolen!