Het is de nieuwste kerk van onze regio, de kleinste en volgens velen de minst mooie, maar als je er regelmatig komt voel je je er zeker thuis, want het is ook letterlijk en figuurlijk de meest laagdrempelige kerk van onze regio: de Marcuskerk in Hensbroek. Juist door zijn eenvoud heeft dit kerkje een eigen karakter. Voorganger en kerkvolk zitten zo dicht bij elkaar dat je elkaar zonder microfoon kunt verstaan. En na vrijwel elke viering is er koffie drinken achter in de kerk.
Veel Hensbroekers hebben dit noodkerkje nog gebouwd zien worden en hebben in de zuurkoolfabriek of elders gewerkt om geld voor de kerk bijeen te brengen. En nu, vierenvijftig jaar later, zijn er te weinig vrijwilligers om de boel draaiende te houden. Het kerkje gaat dicht en wordt gesloopt. Op zondag 6 mei wordt er voor het laatst een mis opgedragen.
Vorige week zondag ging ik er voor. Er was een jaardienst voor twee overledenen uit één familie. Ik realiseerde me plotseling: ‘dit is één van de laatste jaardiensten die hier worden gehouden’.
Mensen die hier maar af en toe komen, misschien alleen met Kerst of op de sterfdag van vader of moeder, zullen deze kerk gaan missen en niet snel ergens anders hun draai vinden, want er is maar één kerk waar ze zich enigszins thuisvoelen: de kerk van hun jeugd, de kerk waar ze met vader en moeder heengingen en waar ze misschien nog zijn getrouwd. Voor hen is de sluiting van hun kerk moeilijk te verdragen, want ze zijn niet in staat de stap te zetten naar een andere kerk.
‘Thuis heb ik nog een ansichtkaart, waarop een kerk…’ zingt Wim Sonneveld in zijn bekende lied ‘Het Dorp’. In de rest van het lied komt de kerk niet meer voor, maar tegelijk met het hele dorp is ook de kerk veranderd, ook al zie je dat niet aan de buitenkant. Als je er regelmatig heengaat, dan weet je dat wel. Er vallen veel mensen weg, er komen nauwelijks mensen bij.
Maar voor wie er maar zelden een voet over de drempel zet, komt het bericht van de kerksluiting als een donderslag bij heldere hemel. Hopelijk zijn de meeste Hensbroekers er inmiddels op voorbereid. Zij mogen van ons, Obdammers, verwachten dat wij klaarstaan om hen met open armen te ontvangen en naar hen te luisteren, al zal het voor Hensbroekers wennen zijn in die grote, majestueuze Sint Victorkerk.
En laten we na de vieringen in elk geval vaker koffie gaan drinken. Dat is een goede gewoonte die we van de Marcuskerk kunnen overnemen.