Eén van de leuke dingen van de Olympische Spelen vind ik, dat er sporten in de schijnwerpers komen te staan waarvan ik nauwelijks iets wist. Zo was het handboogschieten mij tot voor kort onbekend. Natuurlijk, ik had er weleens van gehoord en kon me er wat bij voorstellen, maar dat ‘we’ daar goed in waren, daarvan had ik geen flauw idee. Dat we er een zilveren medaille aan overhielden, komt trouwens vooral door een Mexicaanse die wegens de liefde naar Nederland is verhuisd en nu voor ons land uitkomt.
Hier in de dorpen was het aantal sportmogelijkheden vroeger beperkt. Voor jongens was er de voetbal, voor meisjes de gym of de handbal. Nu is het aanbod veel groter en maken veel kinderen zelf een keuze. Dat er dan clubs zijn die in ledental achteruitgaan, dat moeten we dan maar op de koop toe nemen.
Ook wat het geloof betreft, maken mensen zelf keuzes. Zo hoort het ook! Maar het heeft tot gevolg dat ook de Kerk een vereniging is, die steeds kleiner en steeds onbekender wordt, ondanks de buitenlandse priesters die, uit liefde voor God en voor de mensen, naar Nederland gekomen zijn.
De voorzitter van de handboogschuttersbond is blij met alle aandacht die zijn sport nu krijgt vanwege die zilveren medaille. Hij hoopt dat er daardoor veel mensen zullen zijn die enthousiast worden voor het handboogschieten. Geef hem eens ongelijk!
De Kerk krijgt in de media ook veel aandacht, maar dat is vrijwel altijd vanwege slecht nieuws. Toch heeft dat gelukkig weinig invloed op de mensen die meedoen in de parochies. Laten wij maar gewoon blijven bidden en proberen te doen wat gedaan moet worden. En laten we af en toe eens iemand uitnodigen om met ons mee te gaan. Wij zijn het, die de mensen enthousiast kunnen maken voor God en zijn blijde boodschap, maar dan moeten we ze wel de kans geven om de Kerk en het geloof te leren kennen en mee te gaan doen, want daarmee begint het!